Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 30 januari 2011

Recensie : Nevel, Miguel de Unamuno (2010)

De mens, een ziek dier.

In het voorwoord van Victor Goti lezen we dat de auteur erop stond dat hij het voorwoord zou schrijven omdat in Nevel de treurige geschiedenis wordt verteld van zijn vriend Augusto Perez en diens raadselachtige dood.
Victor noteert het volgende over de humor en de pornografie in het boek: lachen doet men niet met de bedoeling om de spijsvertering te verbeteren maar om uit te braken wat men binnen heeft gekregen ‘want een mens begrijpt de zin van het leven en van het heelal beter met een maag waar geen lekkers en buitensporige spijzen in zitten.’ De pornografische passages zijn eveneens niet bedoeld om de lusten van het vlees te behagen maar om de fantasie aan te zetten tot andere overdenkingen zoals over schijn en wezen, lichaam en geest.

Nu valt het wel mee met dat lachen en die pornografie, maar daarbij dient te worden bedacht dat Nevel  geschreven werd in 1907 (en pas zeven jaar later gepubliceerd).

Victor, die zelf als vriend van Augusto in het verhaal opduikt, trekt de versie van de dood van zijn vriend in twijfel maar wil daarover niet bekvechten met de auteur. In een Na-voorwoord maakt de schrijver zich boos over de aanmatigende wijze waarop Victor zijn ideeën uit. Deze onenigheid zet meteen al de toon.

In het Nawoord van de vertaler lezen we dat deze inleidingen bedoeld zijn om te voorkomen dat men zou denken met een simpele tragikomedie te doen te hebben over de verstrooide heer Augusto Perez die de jonge pianiste Eugenia achterna loopt en erover fantaseert dat zij hem haar liefde zal verklaren. De verzorgers van het meisje, de tante en de oom - een prachtige rol van een mystieke anarchist en Esperantist - zien wel iets in een verbintenis, temeer omdat de huidige verloofde Mauricio ook geen licht is. Helaas moet Eugenia weinig van Augusto weten. De laatste neemt een hondje in huis tegen wie hij zijn hart kan uitstorten. Door de beroering krijgt hij steeds meer interesse in vrouwen, zoals in Rosario die zijn was doet. Tegen haar zegt hij dat Eugenia hem blind heeft gemaakt terwijl ze hem het gezichtsvermogen gaf. De personages draaien als in een rondedans steeds dichter en verstikkender om elkaar heen. Victor, die met Augusto schaakt, raadt hem aan te trouwen. Augusto doet vervolgens een experiment om te zien of de vrouw een ziel heeft.

Het lijkt eerst een bordkartonnen klucht, maar dat is ook de bedoeling van de schrijver. Het gaat om een ideeënroman, waarin Augusto eerst verstrooid door het leven zweeft maar vervolgens in een steeds ernstiger spel met de werkelijkheid wordt getrokken.
‘Het leven is een nevelvlek.’ Schijn en werkelijkheid zijn moeilijk uit elkaar te houden, zoals ook de Italiaanse toneelschrijver Pirandello iets later in de tijd aankaartte in Zes personages op zoek naar een auteur. De verwarring die aan het eind ontstaat moet de lezer aan het denken zetten over zichzelf en de echtheid van zijn bestaan.

In de Grafrede bij wijze van nawoord draaft de hond van Augusto op. Hij acht de mens een ziek dier, dat praat, zich kleedt en zijn doden opbergt maar nooit in het moment leeft en steeds aan iets anders denkt.

Deze nevelle, zoals Victor dit werk in de inleiding noemt, is geschreven in eenvoudige, heldere taal. Wat honderd jaar geleden ongetwijfeld een mijlpaal in de literatuurgeschiedenis was, is nog steeds, behalve als relikwie, een zeer vermakelijk werk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten