Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zaterdag 20 juli 2013

Literatuur en maatschappelijke betrokkenheid



Pleidooi voor het schrijven met zelfinzicht

In Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur (2013), het nieuwe literatuuroverzicht van Thomas Vaessens, werpt deze hoogleraar Nederlandse letterkunde zich op als pleitbezorger voor literatuur die op de wereld gericht is. Het is niet nieuw wat Vaessens beweert. Al in De revanche van de roman (2009), een doorwrocht werk over de stand van zaken in de literatuur, uitte hij zich over meer maatschappelijke betrokkenheid. Een onderwerp dat mij in dit blog nauw aan het hart ligt en dat aandacht verdient.

Vaessens ziet de maatschappelijke betrokkenheid als een derde weg tussen de autonome positie van de kunst en de postmoderne ironie in. Stijl is niet zaligmakend. Literatoren moeten van hem uit hun ivoren toren komen. Ook anderen dan literaire recensenten dienen, om de gordijnen open te trekken, hun oordeel te geven over de huidige literatuur. Schrijvers moeten het publieke debat aangaan. Op die stellingname kwam veel kritiek, net als nu weer op Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur (zie bijvoorbeeld Jaap Goedegebuure in Trouw, 13 juli 2013 of Arnold Heumakers in NRC, 6 juni 2013). Voorbeelden van schrijvers zoals Marjolein Februari, die zijn stellingen moesten onderbouwen, waren discutabel. Joke Hermsen vond zijn visie getuigen van onkunde en zijn journalistieke benadering getuigen van moord op de literatuur.

Wat is maatschappelijke betrokkenheid? Engagement is volgens Vaessen dat je je ergens mee verbindt. Je loopt een stukje mee met een ideologie of overtuiging en vanuit dat verbond kijk je. Als het maar niet weer over de liefde gaat en met krullen geschreven is, waarschuwt hij. Kees ’t Hart moest niets hebben van dit soort expliciet engagement, Wanda Reisel vond dat ze niet het talent van een standwerker heeft en Arie Storm dat een roman nergens over gaat. Door de aanwezigheid van de roman alleen al verandert er iets in de wereld. Over literair engagement valt niet veel meer te zeggen.

Zou dat zo zijn?

Ik denk bij maatschappelijk betrokken literatuur meteen aan de roman Bloed (1972) die Roel van Duijn schreef over de snelle kweekreactor in Kalkar, net over de grens met Duitsland, dat later tot pretpark werd gebombardeerd. Vanuit zijn sterke betrokkenheid neemt Van Duijn een heet maatschappelijke onderwerp bij de kop en geeft die vorm in een verhaal. Eerder en boeiender qua vorm deed Multatuli dat in de Max Havelaar. Vaker lijdt de persoonlijke beleving daaronder, neemt die een ondergeschoven plaats in.

Maar volgens mij gaat het verder dan dat. Er van uit gaande dat alles politiek is, neemt iedereen een positie in in de maatschappelijke verhoudingen. Ook schrijvers, of ze willen of niet mee. Alles wat ze opschrijven heeft invloed. Of zoals Arie Storm het noemde: de roman verandert iets in de wereld. Op het gevaar af dat ik de inhoud van het politieke teveel oprek, durf ik te stellen dat elke roman de machtsverhoudingen bestendigt of wijzigt.

Belangrijke Nederlandse schrijvers leverden in het verleden hun bijdragen hieraan door te schrijven over hun breuk met de gereformeerde jeugd en de ouderlijke machtsoefening. In de huidige tijd is het moeilijker om tegen heilige huisjes aan te schoppen. Een schrijver bezit niet meer als vroeger de status om zich uit te spreken over wantoestanden. Dat betekent echter niet dat de schrijver geen opdracht meer heeft. Hoewel de maatschappelijke verhoudingen diffuser zijn geworden, zijn ze niet minder onrechtvaardig. De individualisering heeft geen zelfstandigheid gebracht, maar nieuwe afhankelijkheid van een economisch systeem dat ons in een wurggreep houdt. Zonder daarbij stil te staan conformeert men zich daaraan. Een schrijver dient juist de ogen open te houden. Postmoderne ironie kan gemakkelijk gemist worden.

Goede literatuur resoneert iets over nieuwe maatschappelijke mogelijkheden en stelt de onmogelijke verhoudingen waarin wij anno 2013 leven op een of andere manier aan de kaak. In Meisje ontmoet jongen beschrijft Ali Smith het bedrijf Pure dat Schots bronwater duur aan de man brengt. Een schrijver dient te beseffen dat ivoren torens niet meer bestaan en dat iedereen medeverantwoordelijk is voor de toestand waarin we ons bevinden. Zelfinzicht is voor een schrijver van het hoogste belang. Nadenken over zijn inzet en het verstandig omgaan daarmee lijkt me een zinniger opdracht dan die van Vaessens. Door de discussie op te schudden om het opschudden zelf zet hij alleen zichzelf en zijn vrienden in het zonnetje en komen we geen stap verder.

Hier de artikelenserie in De Groene Amsterdammer over dit onderwerp, hier de recensie van Arnold Heumakers.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten