Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



dinsdag 21 oktober 2014

Europese smaak als wapen, Tegenlicht, 19 oktober 2014



Ode an die Freude

De negatieve berichtgeving over Europa, die als een oude dame wordt gezien in die in het verleden leeft en weinig heeft toe te voegen aan de toekomst van de wereld, krijgt een tegenwicht in het betoog van de Vlaamse politicoloog Jonathan Holslag, die smaak, kwaliteit en vreugde als unieke wapens ziet waarmee Europa weer toonaangevend kan worden. Hij schreef daarover het boek De kracht van het paradijs. In het lab van Tegenlicht krijgt Holslag ruim de tijd om, aangevuld met videobeelden, zijn ideeën hierover uiteen te zetten.

Holslag begint met een citaat uit een dagboek van Harry Graf Kessler uit Berlijn die in 1897 schreef over een disbalans tussen lijden en vreugde en pleitte voor meer levenskracht in een tijd waarin de mensheid, zoals altijd, heen en weer geslingerd werd tussen hoop en vrees. Vervolgens illustreert Holslag het idee van vooruitgang aan de hand van het schilderij La Frileuse (zie foto) door Jan van Beers waarop een vrouw in een bontjas geportretteerd wordt, die welvaart en frivoliteit uitdrukt, brutaal naar ons lonkt en daarmee het vermogen van de burgerij toont om stijlvol te pronken. Die sfeer ziet Holslag terug op de Wereldtentoonstelling in Parijs in 1900, waarin de technische vooruitgang getoond werd en de hemel haalbaar werd geacht. Omdat dit echter alleen mogelijk was voor de toplaag van de burgerij, begon de massa te morren hetgeen leidde tot opstanden, onrust en uiteindelijk tot de Eerste Wereldoorlog.

Holslag ziet dat dit vooruitgangsgeloof wordt getorpedeerd door de scepsis van populistische politici, die weer teruggrijpen op een politiek, waarbij nationalistische belangen voorop staan, net als in de negentiende eeuw toen Europa de Chinezen dwongen hun grenzen te openen voor de buitenlandse handel, hetgeen te zien is in de film The opium war (1997). Inmiddels is de situatie echter omgekeerd zoals hilarische shoplogs laten zien waarin knappe jonge vrouwen goedkope Chinese producten aanprijzen, zoals een lijmpistool. Volgens Holslag haalt de import en de koop van deze producten de eigen economie onderuit en schept het een cultuur van kwantiteit.

Hij ging in Europa kijken waar kwaliteitseisen nog wel gehanteerd worden en kwam uit in Oostenrijk, dat banen schiep in de maakindustrie. Omdat consumenten welbevinden daar belangrijk vinden, willen die investeren in duurzame producten. Arbeid is niet alleen een kostenpost maar ook een bron van vreugde. Het pleidooi van Holslag voor een beschavingssprong kan alleen gerealiseerd worden als men ook elders in Europa ook dit soort keuzes maakt. Europeanen weten wel wat ze willen, stelt hij, namelijk duurzame, lokaal geproduceerde en luxe producten, maar krijgen nu alleen nog de verpakking ervan. Zolang men zich daarmee tevreden stelt, kan men geen kritische evaluatie maken. Een barbier stelt dat vakmanschap heel wat meer brengt dan de massaproducten uit de dumpshops. Holslag zou een sticker daarop willen die zegt dat deze producten schade toebrengen aan de economie. Het vraagt volgens hem ook politieke durf om kwaliteit voorop te stellen. We zouden onze financiële tegoeden in dit soort industrie kunnen steken in plaats van die van de ene naar de andere zeepbel te slepen. Het zou ook een signaal aan China kunnen zijn om kwalitatief betere producten te maken en niet de rotzooi zoals een imitatie Zwitsers zakmes waarvan de bladen gemakkelijk buigen en afbreken. Kwaliteit is vaak niet in geld uit te drukken, zoals een bedrijf dat lokaal geproduceerde materialen gebruikt of een bevlogen onderwijzer die zijn leerlingen levenskunst bijbrengt. Holslag wil de schoonheid monetariseren in plaats van zich te fixeren op materie alleen. Dit versterkt de positie van Europa en vernieuwt de globalisering waarin lokale producten worden uitgewisseld. De wereld staat wat dit betreft op een keerpunt dat bepalend is voor de wereldvrede. De uitvoering van Beethovens Ode an die Freude vormt dan ook een geschikt einde van zijn boeiende betoog. Nu de politiek nog. Het lijkt me vooral een onderwerp voor D'66 om op te pakken. 

Hier meer informatie op de site van Tegenlicht. De meet up in Pakhuis de Zwijger is zoals gewoonlijk komende woensdagavond. Genoeg stof om over te praten, lijkt me. Hoewel men kan twijfelen aan de levensvatbaarheid van zijn ideeën over monetarisering van de schoonheid binnen het kapitalistisch systeem, doorbreekt Holslag tenminste het defaitisme over Europa.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten