Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



dinsdag 16 februari 2016

Roel Bentz van den Berg over Het naderen van een brug, VPRO-Boeken, 14 februari 2016


Toneelmatig opkomen en afgaan is een soort leven en doodgaan

Filosoof Roel Bentz van den Berg was zo’n vijfentwintig jaar programmamaker van de VPRO maar werkte daarnaast ook aan een literaire carrière. In de verhalenbundel Engelen in regenjas (2009) ging hij al op zoek naar de menselijke ziel, in de roman Het naderen van een brug spits hij dit onderwerp toe met de vraag naar de plaats van de doden in onze leven. Hoofdpersoon Mark blijft na zijn overlijden nog steeds op aarde om contact te hebben met zijn geliefde. Een dode is daarmee ook een nabestaande, die leert zichzelf te hervinden.

Volgens Wim Brands is de vraag waar onze doden naar toe gaan een van de kernvragen in de roman. Hij haalt een nummer van Hollands Maandblad uit 1978 erbij waarin een aantal gedichten van Bentz van den Berg zijn opgenomen en de auteur met foutieve gegevens staat vermeld. Daarin is ook al het motto van Het naderen van een brug te lezen.
Na de voordracht van Bentz van den Berg vertelt hij dat hij de doden wilde laten spreken. Vroeger hadden die hun plaats in de mythologie en later ook in het christelijk geloof van een vagevuur waarin de zielen gelouterd werden maar nu zijn alle plekken waren ze zich konden ophouden verdwenen en voelen ze zich buitengesloten. Vandaar dat ze zich ophouden aan de rafelranden van de maatschappij zoals in oude huizen, op parkeerplaatsen en in ruïnes. Mark die van een brug gelopen is, heeft in de roman een dubbele stem. Zijn geest wordt opgeroepen door het onvermogen van zijn vrouw Helen om op de begrafenis iets over hem te zeggen.  

Brands heeft blijkbaar niet goed geluisterd want hij vraagt nogmaals hoe het komt dat de doden uit ons leven verdwenen zijn.
Bentz van den Berg antwoordt nogmaals dat we hun behuizing hebben weggenomen, maar dat ze er daarom nog wel zijn. Ze staan langs de kant en roepen zonder stem hun geliefden aan. Mark, die kind was van acterende ouders, kende dat al in het begin van zijn leven. Hij was een coulisse kind, opgegroeid achter de schermen, geschokt toen zijn vader aangevallen werd op zijn rol als Hamlet. Door zelf die rol weer op zich te nemen probeert hij wraak te nemen, alleen werkte dat contraproductief.

Brands refereert aan het feit dat Bentz van den Berg ook ouders had die toneelspeelden en dat de begrafenis van zijn vader merkwaardig verliep.
Bentz van den Berg vertelt dat hij en zijn moeder door zijn overlijden na een bloedvergiftiging overrompeld werden en dat zijn moeder ook niet in staat was om iets te zeggen aan diens graf. Ze maakte een opgeschort rouwproces mee. Als coulisse kind maakte hij zelf achter de schermen mee hoe de toneelwerkelijkheid opgebouwd en weer ongedaan gemaakt werd. Opkomen en afgaan was een soort leven en doodgaan. Dat maakte de gewone werkelijkheid van bordkarton. De diffuse tussenwereld van de doden is te vergelijken met die van het toneel. Alles is even echt. In zijn roman wil hij door de verbeelding de ruimte tussen de verschillende werkelijkheden wijder maken. Hij ziet ook dat er in films tegenwoordig meer ruimte voor de doden wordt ingeruimde en vindt dat heel goed.

Brands memoreert dat zijn vader Hans in de roman uitspraken doet over acteren, zoals dat hij acteert dat hij acteert.
Volgens Bentz van den Berg was Mark geen goed acteur omdat hij door alles wat diens vader had meegemaakt op een lager plan belandde, tot hij de rol van Hamlet op zich nam. Zijn eigen definitie van acteren heeft te maken met het verhogen van de aanwezigheid. Dat gaat wel ten koste van een afwezigheid als vader of als burger en schept een leegte in jezelf.

Boeiende materie! Mooi dat iemand zich hierin verdiept.
 als malij 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten